Als er één vraag is die economen de afgelopen tien jaar regelmatig gesteld hebben, is het waarom de productiviteitsgroei in de VS en de eurozone consequent is achtergebleven bij de verwachtingen. Kon die vraag in de eerste instantie nog grotendeels worden weggewuifd door te verwijzen naar tijdelijke factoren, wordt die verhaallijn met verloop van tijd steeds moeilijker vol te houden.
Zo konden we eerst nog moed putten uit de constatering van Reinhart & Rogoff dat economieën altijd zwak herstellen van een crisis waarin de financiële sector centraal stond. We hadden achtereenvolgens te maken met de eurocrisis (2011- 2012) en een oliecrisis (2014-2015).
Meer werken, niet productiever
Sinds die tijd is het wat rustiger geworden met de crisissen, maar een sterke stijging van de productiviteitsgroei laat nog op zich wachten. De groeispurt van 2017-2018 – als de term spurt überhaupt van toepassing is – was voornamelijk gedreven door meer inzet van arbeid, en veel minder het gevolg van een sterke productiviteitswinst.
De vraag is dus vaak gesteld en ook zeker zo vaak beantwoord. Er is inmiddels een heel scala aan potentiële antwoorden te vinden in de literatuur, variërend van het te accomoderende monetaire beleid resulterend in een toename van zombiebedrijven, de mismeting van bbp(-groei), het ontbreken van nieuwe innovaties (het laaghangende fruit dat al geplukt zou zijn), de opkomst van bedrijven met (quasi-)monopolie-karakteristieken, vergrijzing en zo kan ik nog wel even doorgaan.
Het blijft een raadsel
Voldoende antwoorden dus, maar wie denkt dat daarmee het raadsel van de lage productiviteitsgroei naar tevredenheid is opgelost, komt bedrogen uit. Om het recente Budget and Economic Outlook 2019-2029 van de Amerikaanse Congressional Budget Office aan te halen: ‘Ondanks uitgebreid onderzoek is er nog geen sterke, overtuigende uitleg gevonden voor de aanhoudende afzwakking. Daardoor is er bijna geen basis voor voorspellingen.’
Bij het lezen van het CBO-rapport moest ik onwillekeurig denken aan een uitspraak van David Pilling uit zijn recente boek The Growth Delusion. ‘Zoals het er nu voor staat, hoeven we, om de Amerikaanse groei aan te zwengelen, alleen maar de zorgkosten te verdubbelen.’ Dit is uiteraard geen serieuze aanbeveling, maar Pilling’s manier om de tekortkoming van de huidige bbp-maatstaf weer te geven.
Kostprijs
Voor wie het niet weet: overheidsdiensten worden op kostbasis meegenomen in het berekenen van het bbp. Met andere woorden: verdubbel het loon van alle ambtenaren en de ‘groei’ en daarmee de ‘productiviteit’ van de economie als geheel komt hoger te liggen, ook als deze ambtenaren helemaal niets extra’s zijn gaan doen. Een serieuze oplossing is het uiteraard niet, maar het geeft in elk geval weer een andere draai aan het productiviteitsraadsel.
(Origineel gepubliceerd in het Financieele Dagblad van 6 februari 2019)